Flits mei 2005

De vervolgpagina's komen niet duidelijk over zoals je ziet, dan maar gebruik maken van een tekstverwerker. Zonde van de mooie lay-out.

 MEMORIES door Paul Kempers

Het is november 2003, ik ben in de stand van mijn bedrijf op een grote beurs in Utrecht (Logistica) en dan is daar ineens mijn vrouw Jennie aan de telefoon: “Ken jij nog ene Ruud Faber?”“Jawel, die herinner ik me nog heel goed, dat was ook zo’n snuiter van de HBS in Amersfoort”. “Nou, hij zoekt jou”. En ze vertelt erbij hoe Rudi mij gevonden heeft. Ja, en dan komen de herinneringen pas echt, ondanks de drukte op die beurs. 1955-1958 Amersfoort. We woonden in de Chopinstraat in de toen nieuwe wijk Randenbroek. We kwamen uit Rotterdam, waar ik op het Charlois Lyceum zat. Het was fijn in Amersfoort, leuke stad, mooie omgeving, leuke school, geweldige vrienden en vriendinnen. De gedachten gaan terug naar die school, toen al een oud gebouw maar heel mooi. De leraren en leraressen, school-avonden, interscholaires, muziek ( mijn mondharmonica en mijn zelfgebouwde versterker met een platenspeler en oude breekbare 78 toeren platen), Rudi Faber en zijn ouders. 1958 eindexamen, net 1 puntje te weinig voor de tweede klas van de MTS (HTS) in Utrecht. Ik wilde beslist van huis en ging dus werken met een opleiding daaraan gekoppeld, bij Philips in Eindhoven. Daarna werd het de electronica-speciaalzaak in Haarlem waar ik ook trouwde. Daar in Eindhoven ontmoette ik plotseling Rudi Faber weer, hij werkte in het plaatselijke gekkenhuis als vervangende dienstplicht. Hij woonde daar primitief met zijn jonge vrouw en we beleefden reuze gezellige avonden. Ik begon vervolgens aan eigen producties, eerst verlichtings-armaturen, gevolgd door vrij grootschalige logistieke ladingdragers zoals pallets en rolcontainers, een en ander gevolgd door de mooie agentschappen voor Finse rolcontainers en Spaanse hangende railtechniek.En zo stond ik daar op die beurs in Utrecht. Rudi had me vrij eenvoudig gevonden, hij belde gewoon naar dat adres in de Chopinstraat waar hij gewoon mijn vader aan de lijn kreeg. Het gaf direct prachtige aanknopings-punten voor het ophalen van herinneringen ( 2 maanden later overleed mijn vader (93) en verhuisden we mijn moeder (88) naar een zorginstelling in ons dorp Zwartsluis. Nog iets over mezelf, misschien voor diegenen die toch een beetje nieuwsgierig zijn……? Ik trouwde in 1961 en we kregen 3 kinderen, ik scheidde in 1980 en trouwde eind 81 met mijn, nog steeds, grote liefde Jennie.We hebben samen een zoon (Max) van bijna 20 die een opleiding klarinet volgt aan het Zwolse conservatorium. Pensioen? Nee toch! Ik ben zelfstandig en laat me niet achter de kachel plakken. Tot 2009 ga ik zeker nog door en ook dan zal Jennie niet direct stoppen met haar goed lopende stoffeerderij.We wonen in de prachtige NW-hoek van Overijssel, we varen met ons motorjacht in die omgeving rond en maken ’s zomers  langere tochten door omliggende landen. De naam van ons jacht past ons: “Fermate”. Die muziekterm betekent: Rustpunt, lengte naar eigen smaak in te vullen. Leuk hè? Tot zover deze zeer beknopte memories. Het had ook een dik boek kunnen worden maar dan verlies ik me ook in te lange beschouwingen en de verfoeide navelstaarderij. Wie ooit eens langs wil komen is van harte welkom.

Paul Kempers Het Oude Diep 28064 PN Zwartsluis
(0)38-3869043.
E: paulkempers@logiflex.nl
 
HERINNERING aan de Rijks HBS te Amersfoort
1952-1958.door Ruud –Rudi- Faber

In 1952 deed ik toelatingsexamen voor de HBS en het Amersfoorts Lyceum (bestaat dat nog?). Mijn ouders vonden het Lyceum toch wat raar en mijn vader was als spoorman bang, dat bij een eventuele overplaatsing het lyceum toch wat slecht zou aansluiten bij een volgende school. Het werd dus de HBS, een veel voorkomend schooltype in die tijd. Leuke school met leuke meisjes, waar ik in die tijd best gevoelig voor was. Dat is overigens nooit overgegaan. Zeer gemotiveerde docenten, die echt nog tot de notabelen van Amersfoort hoorden. Aan het eind van het jaar een repetitieweek, waar je je grondig op kon voorbereiden, want de voorafgaande week was vrij. De tweede klas was een feestklas met veel zittenblijvers. Dat werd mij fataal, want ik bleef op mijn beurt ook zitten. Zittenblijven is vervelend. Je bent je vertrouwde klas kwijt en komt tussen de jonkies te zitten. Ik voelde me oud! Op school werd het steeds leuker. De Algemene HBS Club werd heropgericht en de Flits verscheen weer. Regelmatig waren er dansfeestjes in de meisjesgymzaal. Ik deed mee aan een opvoering van de Spooktrein onder regie van Guus de Jong. Het was een rommelige opvoering, maar we hebben veel plezier gehad. Ook deed ik nog een poging om in het bestuur van de AHBSC te  komen als onderbouw-vertegenwoordiger, maar bij verkiezing verloor ik grandioos van Annelies Kruiskamp.

Toen raakte ik in de bovenbouw Mijn klas B4A, was een hechte club, die veel met elkaar optrok en van alles voor de school deed. Zo zelfs, dat “het vroegere B4A”, daar nog eens nadrukkelijk door het bestuur van de AHBSC voor werd bedankt. Het eindexamen werd geen succes, ik straalde. Dat had gedeeltelijk te maken met het feit, dat mijn vader naar Zwolle was overgeplaatst en ik de hele vijfde klas op en neer reisde. Dat kostte veel tijd. Ik heb mijn diploma uiteindelijk aan de Zwolse HBS gehaald. Mijn vader heeft een vooruitziende blik gehad. Nog niet zolang geleden neusde ik in het telefoonboek van Amersfoort om te kijken of er nog leraren in stonden, van wie ik les had gehad. Toen trof ik tot mijn grote vreugde de naam van de heer Govers aan. Ik schreef hem een briefje en werd per omgaande door hem gebeld. Ik bezocht hem aan de Jacob Catslaan  en genoot van zijn verhalen over o.a. zijn ontmoetingen met Albert Einstein.  

Aan het einde van het bezoek dronken we samen een fles wijn leeg. Ik vroeg hem of hij nog wel eens andere oud-leerlingen zag. En hij noemde de naam van Ida Haag (“die met een notaris in Enschede is getrouwd”). Nu woon ik in Oldenzaal, maar heb in Enschede gewerkt dus het opsporen van Ida was niet al te moeilijk. We hebben een afspraak gemaakt en toen vertelde Ida van de reünistenclub. Ze had ook een ledenlijst en daar stonden tot mijn spijt maar weinig klasgenoten op.  
Nu had ik al eens 35 van de 45 klasgenoten van de lagere school in Arnhem opgespoord en dus ging ik op herhaling. En zo vond ik (met veel hulp van Bob de Wit) Louis Brandsen, Herman Huijer, Hans Vos en Marieke de Wit terug (ben ik niemand vergeten? Ik heb echt het geheugen van een 65-jarige). En ik zag, dat de naam Kempers nog steeds in het telefoonboek stond op een mij zeer vertrouwd adres. Zo kreeg ik de ruim 90-jarige vader van Paul Kempers aan de lijn, die nog precies wist wie ik was. Helaas is de heer Kempers kort daarop overleden zodat van mijn plan hem op te zoeken niets meer kwam. En zo raakte ik via een heel gezellig gesprek met de echtgenote van Paul weer met hem in contact. Reünies zijn goed. Het is ontzettend leuk om oude schoolgenoten terug te zien.  
Natuurlijk zijn ze uiterlijk veranderd maar als mens meestal niets. Een reünie is een feest der herkenning. Daarom reünistenclub, ga door!
 



Maak jouw eigen website met JouwWeb